Kommentar: |
Nadat we in het Wintersemester een recente roman hebben bestudeerd (Tomas Lieske, De vrolijke verrijzenis van Arago) is het nu tijd om oudere, negentiende-eeuwse literatuur te lezen, opnieuw teksten waarin de scheiding tussen leven en dood doorlaatbaar wordt gemaakt. We lezen verhalen van verschillende schrijvers (Louis Couperus, Marcellus Emants, maar ook vroegere negentiende-eeuwers als Carel van Nievelt, L.H.A. Drabbe en Alexander VerHuell), waarin wordt verteld over contact met de doden en onverklaarbare, bovennatuurlijke verschijnselen. De verhalen uit het fin de siècle worden geïnterpreteerd tegen de achtergrond van de ‘Nieuwe Mystiek’, een verkenning van een hogere werkelijkheid in de literatuur.
Het college vindt plaats op 8 april, 22 april, 20 mei, 3 juni, 17 juni, 1 juli en 15 juli. |